De Algemene Amsterdamse Studenten Roeivereniging Skøll is met haar ruim vijftigjarige bestaan in verhouding nog een jonge studentenvereniging in Amsterdam. Met ongeveer duizend leden is de club gezond en vol ambitie om op haar manier ook bij te dragen aan de leefbaarheid van de stad. Een reden voor Rabobank Amsterdam om deze club te kiezen als één van de clubs die zij willen helpen in het kader van de Verenigingsondersteuning. Na het eerste jaar is er al heel veel gebeurd binnen de club. Belangrijkste inzicht: de enorme energie van de leden is hun grootste kracht!
Vanuit Rabobank Amsterdam is Carlo Verhart, Manager Marktbewerking, Communicatie & Coöperatie, bij het ondersteuningstraject betrokken. Hij schetst de start: “Ook onze bank gaf vorig jaar het startsein voor Rabobank Verenigingsondersteuning; een nieuwe vorm van ondersteuning waarin wij vooral begeleiden op het gebied van duurzaamheid, gezondheid en maatschappij. We hebben clubs waarmee we al bestaande sponsorrelaties hadden en ook nieuwe verenigingen uitgenodigd om in een pitch hun vraag om ondersteuning toe te lichten. Skøll was één van de nieuwe verenigingen, we kenden hen nog niet. Maar ik was uitermate verrast over de energie, die ik daar te zien kreeg! De pitch was een leuke vlog, waarin ze lieten zien hoe enthousiast ze al bezig waren met de uitbreiding van hun fitnessruimte. De manier waarop ze daarmee bezig waren sloot naadloos aan bij wat wij als Rabobank Amsterdam willen doen: bijdragen aan een leefbare stad. Wij willen partijen uitdagen om daar ook een bijdrage aan te leveren en proberen hen daarbij te helpen. Skøll gaf aan dat ze regelmatig nee moesten verkopen tegen scholen, waar ze clinics aan geven. Onder andere om die reden wilden ze het nieuwe krachthonk inrichten. Toen wij hen bezochten, dat herinner ik me nog goed, was het de meest troosteloze dag van het jaar. Maar daar binnen bij Skøll, daar scheen de zon!”
Voormalig vicevoorzitter Kristian Loohuis en vicevoorzitter Claire Vos horen de lovende woorden van de Rabobankmanager glunderend aan. Loohuis: “Wij kijken terug op een jaar, waarin voor ons heel veel meer gebeurd is dan alleen maar het inrichten van het krachthonk. Onze club heeft met behulp van de verenigingsondersteuning vooral heel grote stappen gemaakt op strategisch niveau. En dat maakt ons heel veel sterker en toekomstbestendiger.” De studentenvereniging heeft een klein bestuur, waarvan de samenstelling jaarlijks verandert. En daarnaast zijn er maar liefst 43 commissies actief, met de meest uiteenlopende taken. Loohuis zelf was bij de start van het ondersteuningstraject bestuurslid, later was hij lid van de commissie externe betrekkingen. Zo was hij bij de pitch betrokken.
Lutger Brenninkmeijer was als procesbegeleider betrokken bij de ondersteuning. Zijn eerste gesprekken met de club kan hij zich nog goed voor de geest halen. “Skøll wilde middelen verzamelen om de fitnessruimte in te richten en ging ervan uit dat ik gestuurd was om hen te komen vertellen hoe ze dat moesten gaan doen… Nou, daar kwam ik dus niet voor. We deden eerst een grote stap terug en gingen praten over vragen als: hoe kijk je naar je vereniging, waar zitten de krachten en waar de aandachtspunten? Want als je inzicht hebt in hoe je vereniging functioneert, dan helpt je dat bij de keuze hoe je gelden kunt verwerven.” Claire Vos beaamt dit: “Terugkijkend zien we natuurlijk hoe belangrijk die stap geweest is. Eerst je eigen zaken op orde hebben, daarna maak je veel bewuster keuzes. Inmiddels hebben we onze visie helder en zijn we aan de slag met het creëren van draagvlak en binding met onze leden.”
Loohuis beaamt het belang van dit interne project. Kijkend naar zijn eigen functioneren beschrijft hij het functioneren van bestuur en commissies in het verleden als vooral ad hoc acties uitvoeren. “Bijvoorbeeld ook vanuit externe betrekkingen, elke kans werd opgepakt zonder het grotere kader daarvan te zien.” Dat de nieuwe aanpak zijn vruchten afwerpt is ook af te leiden uit een ander succes: de club heeft een pitch gewonnen van het Schiphol Fonds. Dit fonds is bedoeld om bewegen in de regio te ondersteunen en heeft Skøll het geldbedrag nodig voor de inrichting van hun krachthonk gedoneerd.
Vos is ook heel blij met de cultuuromslag, die gaande is. “Eén van de belangrijkste lessen is geweest dat we inzien waar we heel sterk in zijn en waar we minder goed in zijn. Op die manier staan we veel sterker in gesprekken met externen. Er wordt eigenaarschap gecreëerd binnen de vereniging. Iedereen is trots op wat we als club kunnen betekenen. En dat is mooi, want als we nu scholen of bedrijven ontvangen, dan kunnen die zien dat we onze zaken hier op de club in orde hebben.”
Iedereen is heel trots op Skøll. Studenten worden lid van de vereniging met het idee dat ze willen komen sporten of vrienden maken in de studentenstad, maar worden snel meegenomen in de stroom van mensen, die zich op de één of andere manier als vrijwilliger voor de club inzetten. Dat betekent overigens niet, dat het sporten niet belangrijk is. De club is belangrijk leverancier van toproeiers voor Nederlandse teams bij Wereldkampioenschappen en Olympische Spelen. Het afgelopen jaar voer Skøll op alle roeiniveaus vooraaan in de verschillende velden, met vaak winst als resultaat. Daarmee werkt de club aan haar positionering tussen de andere roeiverenigingen aan de Amstel en aan de Nederlandse top. Met het mooie nieuwe krachthonk kunnen ook de vele topsporters die de club in haar geledingen heeft gewoon bij de eigen club trainen.
Met de nieuwe fitnessruimte zijn de dromen en wensen van de club nog lang niet afgelopen Dag in dag uit werken alle vrijwilligers eraan mee om de club vooruit te helpen. Inmiddels wordt er binnen de club – in de commissie die de naam Groene Skøll draagt – bekeken wat de mogelijkheden zijn om duurzaamheid te bevorderen, bijvoorbeeld door zonnepanelen.
In vergelijking tot veel andere verenigingen lijkt er bij Skøll geen tekort aan vrijwilligers te zijn. Dat is uiteraard een groot voordeel. Het nadeel is natuurlijk dat het merendeel van de leden na een jaar of vier, vijf, hun lidmaatschap beëindigt. Loohuis en Vos zien daar zeker ook voordelen van in. “Over een jaar of twee weet het merendeel van onze leden niet beter dan dat we zo sterk gepositioneerd staan in vergelijking tot andere verenigingen richting externen. En onze banden met de oud-leden, die onderhouden we ook goed. Want die kunnen in de toekomst altijd iets opleveren. Met de bagage die we met dit project hebben gekregen, kunnen we in de toekomst op eigen kracht vooruit!”
Rabobank Amsterdam is niet alleen in het kader van de verenigingsondersteuningstrajecten bezig met het bijdragen aan een leefbare stad. Verhart vertelt over het project ‘Samen Kijken’, waarin scholen uit kansarme wijken verbonden worden aan scholen uit kansrijke omgevingen. Dat project laat zien wat er voor mooie vriendschappen kunnen ontstaan en hoe de school in de kansarme wijk ook daadwerkelijk beter gaat presteren. Ik kan me goed voorstellen dat Skøll in de toekomst ook één van onze partners wordt in dit project met hun clinics.”
Verenigingsondersteuning vanuit Rabobank
Nederland telt ruim 50.000 verenigingen en stichtingen op het gebied van sport en cultuur. Ze vormen samen het grootste sociale netwerk van ons land en zijn daarmee het cement van onze samenleving.
Om deze onschatbare waarde van verenigingen te waarborgen zet Rabobank zich samen met NOC*NSF, de aangesloten sportbonden, LKCA en Kunstbende in om verenigingen meer zelfredzaam en toekomstbestendig te maken. Dit doen we met de Verenigingsondersteuning vanuit de Rabobank.
Iedere vereniging heeft vanzelfsprekend zijn eigen unieke ambities. En binnen iedere vereniging spelen specifieke thema’s en vraagstukken een rol. Op welk gebied wil jouw vereniging zich versterken? Door het binden van meer vrijwilligers? Door verduurzaming van de accommodatie? Een solide sponsorplan?
Welke ambities jouw vereniging ook heeft, wij helpen je graag verder met het realiseren ervan. Dat doen we met 1-op-1 ondersteuning, masterclasses, workshops, Rabo ClubSupport en de Verkiezing Club van het jaar.